zondag 9 januari 2011

Geneviève en Gigi, een stel apart.

Voleur en Brise zijn uitgelaten, ze rossen met wild kwispelende staarten dwars door de bamboe. Vanachter de bamboe, aan de andere kant van het hek, klinkt een bekend en vrolijk gekef. Dat is Gigi, het hondje van Geneviève. Die twee zijn altijd samen. Geneviève woont in Parijs en heeft hier een klein tweede huisje, bij de waterval. Met enige regelmaat verblijven zij daar enkele weken. Gigi is een Silky terriër en een vriendinnetje van Brise. Brise is dol op Gigi, vooral op die mooie, grote roze zijden strik, die zij altijd om haar nek heeft. Binnen de kortste keren heeft Brise die strik los en het is net of Gigi dat ook geweldig vindt. Zo gauw als die strik eraf is, gaan bij Gigi alle remmen los. Ze rolt, springt en rost met Brise en Voleur door de struiken met de grote Voleur in hun kielzog. Voleur is heel voorzichtig en speelt niet echt mee. De eerste keer dat Voleur meespeelde, was dan ook bijna fataal afgelopen.
Voleur en Brise


Dat ging zo, de kleine Gigi vindt een stok, neemt die in de bek en gaat Brise uitdagen en dollen. De twee, een beagle en een silky, beginnen ieder aan een kant van de stok te trekken. Dat kan die kleine silky natuurlijk nooit winnen. Zij verliest steeds meer terrein, maar een terriër, opgeven? Nooit! Gigi begint fanatiek te grommen, Voleur duikt op die stok, neemt die in zijn bek en slingert de stok met twee honden eraan in het rond. Gigi vliegt ongeveer een meter door de lucht en smakt op de grond. Brise is vast blijven houden, maar Voleur trekt met steeds meer geweld en slingert Brise wild hen en weer. Brise houdt het echt niet meer en laat los. Voleur schiet achteruit, struikelt en beland boven op Gigi die net aan het op krabbelen is. Een hartverscheurend gekrijs, gevolgd door een gesmoord en heel benauwd klinkend gerochel. Voleur springt als door een adder gestoken op en kijkt geschrokken naar de verfomfaaide Gigi. Die maakt nu geen geluid meer en ligt daar onbeweeglijk met de tong uit haar bek. Plotseling verstijft haar lichaam en is het net of het licht uit haar ogen schiet. Voleur weet niets anders te doen dan het slachtoffertje te likken.


Dan gebeurd het ongelooflijke, Geneviève komt aangesneld en ziet dat Voleur, Gigi staat te likken. Op hetzelfde moment komt die kleine bij en springt op, alsof er niets aan de hand is. Voordat ze vraagt wat er gebeurd is, roept Geneviève “Oh wat lief van Voleur, hij heeft Gigi getroost.” Vanaf dat moment is Voleur, uiterst voorzichtig met Gigi. Je zou haast zeggen, dat hij echt bezorgd is om dat mini-hondje. Tegenwoordig presenteert Voleur zich als een soort “beschermheer” van Gigi. Vindt hij dat Brise de macho gaat uithangen en Gigi meer als prooi dan als vriendinnetje ziet, dan grijpt hij grommend in. Het is een vermakelijk schouwspel, behalve voor Geneviève, die vindt dat strenge optreden van Voleur toch nog steeds een beetje eng.


Geneviève is geboren en getogen in Parijs en is, dat zal niemand verbazen, een stereotype parisiënne. Elegant, slank, kittig en getooid met een kapsel van “haut-coiffure.” Gedreven door haar verlangen naar eeuwige jeugd, heeft zij haar gelaatstrekken met erg veel ijver gecamoufleerd. De kleding die ze op het platteland draagt, haar “campagneoutfit,” bestaat uit een assortiment van echte haut-couture. Op druilerige of regenachtige dagen loopt zij, met Gigi aangelijnd aan een soort werpmolen, in een superglanzende lakregenjas. Zij heeft een witte, een zwarte, een roze en een goudkleurige lakregenjas. Daarbij draagt zij, zonder een spoor van hoogtevrees, laklaarsjes met hyperhoge naaldhakken. De laarsjes zijn uiteraard altijd in dezelfde kleur, als de jas die zij draagt. Maar onder al deze pracht en praal, huist een schat van een vrouw. Zij heeft feitelijk maar één afwijking en dat is de manier waarop zij met haar hondje omgaat. Voor haar is Gigi het kind, dat zij helaas nooit meer zal kunnen krijgen. Bovendien is Gigi haar enige huisgenoot, sinds zij twee jaar geleden op de jeugdige leeftijd van zestig lentes, weduwe werd. Zij heeft dan ook een bijna grenzeloze angst, dat Gigi iets zou kunnen overkomen.


Geneviève heeft de buitenkant van haar huisje weer helemaal in originele staat laten restauren. Het interieur heeft een complete metamophose gekregen, waardoor van het authentiekekarakter niets meer terug te vinden is. Zij heeft dat laten inrichten door een bevriende stylist uit Parijs. Geneviève noemt het “style G-G" ofwel de “Geneviève-Gigi-stijl”. Als je binnen komt, weet je niet wat je ziet. Gigi heeft een eigen kamer met een goed gevulde garderobe kast. Kleding voor ieder jaargetijde, voor het voor- en najaar een paar regendekjes. Jasjes van suède en kalfsleer, enkelen zelfs met bontkraag. Om Gigi te beschermen tegen extreme kou, heeft ze ook nog mutsjes en een “lammycoat” met capuchon. In de badkamer heeft zij door Juliën, de plaatselijke loodgieter, een hondenbad laten installeren. Zij heeft een beautycase vol met toilet artikelen voor haar bestiale partner, lotions, shampoos, kammen, borstels, tandpasta, tandenborstel, noem het maar op. In het begin is er in het dorp hard gelachen en een hoop ongein rond verteld over Geneviève en haar geadopteerde dochter Gigi. Nu hoor je daar niets meer over en dat komt, omdat ze gastvrij is, altijd een vriendelijk woord heeft en belangstellend naar anderen is. Zij is, door de mensen hier, volledig geaccepteert om wat zij is.


Geneviève brengt altijd iets mee voor Voleur en Brise. De eerste keer, toen ze heel opgetogen, met een schoentje van runderhuid aan kwam, ging dat ongeveer zo. “Ik heb een cadeautje voor Voleur dat zal hij vast heel leuk vinden, want Gigi kan daar ook zo leuk mee spelen.” Zij roept Voleur, die komt, gaat braaf zitten en steekt, in afwachting van wat lekkers, zijn poot alvast uit. Geneviève pakt zijn poot en geeft hem het kleinood. Voleur blijft keurig zitten, pakt het schoentje in zijn bek, “knak, knak, knak” en schoentje helemaal op. Met een blik van afschuw kijkt zij naar Voleur en deze weet niets anders te doen, dan zijn poot maar weer eens uit te steken in de hoop op nog een schoentje. Tegenwoordig brengt Geneviève iets lekkers mee voor de honden, iets lekkers om op te eten. Ook vandaag is ze gekomen om “bonjour” te zeggen en de honden hun presentje te geven.


Mariëtte nodigt Geneviève uit om binnen te komen, als de belangrijkste nieuwtjes zijn uitgewisseld, komt het gesprek als een automatisme weer uit op honden. “Weet je ook," vraagt Geneviève, “wanneer Voleur en Brise jarig zijn?” Mariëtte is nu nieuwsgierig en vraagt, “waarom wil je dat weten?” “Nou, ik heb voor de honden in onze buurt, een hondenverjaardagskalender gemaakt. Nu lijkt het mij leuk om ook de verjaardagen van
Voleur en Brise daar op te zetten.”


“Thuis, in Parijs, organiseren wij bij ons in de buurt, verjaardagsfeestjes voor de honden.” “Een verjaardagsfeestje voor honden,” vraagt Johan verbaasd, “hoe gaat dat dan?” “Nou” vervolgt Geneviève, “als een van de honden jarig is, komen we bij elkaar en dat is zo enig. Wij doen ze allemaal een feestmutsje op en trakteren ze met een hondenbrochette.” “Een hondenbrochette,” vraagt Mariëtte, “hoe zien die er uit?” “Oh, die maken wij zelf, wij rijgen aan dunne runderstaafjes stukjes kaas en worst, nou dat vinden ze echt heerlijk hoor. De honden die er niet bij kunnen zijn, sturen wij een kaartje of we bellen, om ze te feliciteren. Dus als ik weet wanneer Voleur en Brise jarig zijn, schrijf ik hen op mijn hondenverjaardagskalender. Dan kan ik hen ook een kaartje sturen als ze jarig zijn. Oh, wacht, ik heb een kalender voor jullie meegenomen, die ligt nog in de auto. Ik laat Gigi even bij jullie hè, dan ga ik de kalender even halen.”


“Echt iets voor haar hè, verjaarspartijtjes organiseren voor hondjes,” zegt Johan, als Geneviève naar haar auto is. “Ach, Johan, wat geeft dat nou, het is lief bedoeld en ik denk dat die andere vrouwen dat ook wel leuk vinden, maar zelf moet ik er niet aan denken. Trouwens ik zie Voleur en Brise al opgedoft zitten met een stelletje gecoiffeerde en geparfumeerde soortgenoten. Dat gaat nooit lukken, zij pikken stante pede al die brochettes af en hap slik weg.” “Dat denk ik ook,” zegt Johan, “want, …”. Nog voor hij zijn zin af kan maken stapt Geneviève alweer de keuken in. Zij toont, enthousiast en met een soort innige trots, haar hondenverjaardagskalender, alsof zij er zelf van geniet,. Op het schutblad prijkt een groepsfoto van alle hondjes die op de kalender genoteerd staan. De hondjes staan op de foto alsof zij naar carnaval gaan, in kakelbonte pakjes en sommigen hebben feestmutsjes op. Er zijn twee hondjes die er uitspringen. Een witte dwergpoedel en reekleurige Chiwawa.


De dwergpoedel is ongetwijfeld door een beeldhouwer gesnoeid, want het is een fantastisch kunstwerk. “Dat poedeltje,” vertelt Geneviève, “luistert naar de naam Tintin (Kuifje) en is vernoemd naar de beroemde stripheld.” Tintin heeft een asymmetrische kuif, net als zijn bekende naamgenoot. Hij draagt verder, een zwart pinkelhoutje om zijn nek, een bordeauxrode bolero en een zwart broekje. Zijn staart rijst, uit dat broekje, als een gemodelleerde suikerspin omhoog. De Chiwawa heet, Benito en draagt een felgekleurde gebreide of geweven poncho. Op zijn neus een kanjer van een zonnebril en boven op dat kleine koppie een enigszins aangepaste sombrero.


“Hele mooie foto,” zegt Mariëtte, “Gigi ziet er heel charmant uit. Heb je dat door een professionele fotograaf laten doen?” “Nee, dat heb ik helemaal zelf gedaan, de foto’s, de lay-out van de kalender, alles. Een beetje foto shoppen, knippen en plakken en de rest heb ik laten verzorgen door een drukker.” “Knap werk, zelfs 'fotoshoppen',” valt Johan in, “nou je bent verder dan ik, een e-mail lukt mij nog wel, maar dat is dan ook ongeveer alles.”
“Ja, Geneviève, ik ben ook erg onder de indruk, ik had er geen idee van dat jij dat allemaal kunt. Ik vind het echt heel leuk en als je wilt stuur ik je ook foto’s van Voleur en Brise, maar niet met kleertjes aan.” “Nee, Mariëtte, dat hoeft ook niet, jullie honden zijn daar veel te groot voor. Stuur maar een paar foto’s zoals ik ze ken, groot, stoer en een tikkeltje brutaal. Vooral de ondeugende blik van Brise vind ik zo charmant. Oh, is het al twaalf uur? Dan moet ik snel naar de bakker, alvast bedankt. Zo gauw als de volgende hondenverjaardagskalender klaar is, stuur ik er een naar jullie. A bientôt.”

Geen opmerkingen:

Een reactie posten